Gastronomie
Er is veel lekker eten in Maastricht. Maastricht staat erg bekend om zijn vlaai, maar wat is vlaai nou eigenlijk? Vlaai is een soort gebak dat vanuit oorsprong vooral in Zuid-Limburg en België werd gemaakt. Vlaai heeft een bodem van deeg dat luchtig is en in de buurt van brooddeeg komt en heeft een diameter tussen 27 en 30 cm. De overeenkomst met taart is dat vlaai vaak dezelfde vorm en afmeting heeft. Dit kan soms voor verwarring zorgen. De vlaai wordt vaak gevuld met fruit en andere vruchten, maar tegenwoordig ook soms met frikandellen en rijst. Slagroom werd origineel niet gebruikt in de vlaai, maar is tegenwoordig wel terug te vinden in de vlaaien. Ook staat Maastricht bekend om zijn zuurvlees. Dit is een streekgerecht dat wordt bereid met varkensvlees, rundvlees, paardenvlees en konijn. Het heet zuurvlees omdat ze het vooraf marineren in azijn. Zuurvlees lijkt een beetje op hachee en stoofvlees. Maar de smaak van zuurvlees is zoet. Zuurvlees wordt vaak geserveerd met friet of aardappelpuree. Ook de asperges uit Maastricht en de rest van Zuid-Limburg zijn bekend. Asperges worden in Maastricht vaak geserveerd met aardappels en ham. Ook zijn er veel restaurants in Maastricht. Van kleine cafeetjes tot luxe restaurants, Je kunt er eten vinden van over heel de wereld.
Historie:
Maastricht behoort tot de oudste steden van Nederland. Door de opgravingen in Maastricht is het duidelijk dat het al meer dan 20 eeuwen bewoond is. Maastricht is de enige stad in Nederland die kan aantonen dat het al 20 eeuwen bewoond is, daarom zien sommige mensen Maastricht ook als de oudste stad van Nederland. Voordat de stad is ontstaan was er al bewoning, dat komt omdat het licht op een plek waar twee rivieren samenvloeien, de Maas en de Jeker. Vanaf het begin van de 12e eeuw woonden de kanunniken niet langer gemeenschappelijk, maar in aparte koorherenhuizen binnen het claustraal gebied. De proosten van Sint-Servaas kwamen uit de hoogste kringen van de Duitse adel en bekleedden vaak tevens het ambt van kanselier van het heilige Roomse kerk. De Duitse keizers bezochten met regelmaat het graf van Sint-Servaas en deden daarbij belangrijke schenkingen. Ook andere machthebbers en particulieren schonken goederen en rechten aan het kapittel, dat daardoor steeds rijker en machtiger werd.
In 1204 werd Maastricht door de keizer in leen gegeven aan de hertog van Brabant. Vanaf dat moment had Maastricht twee heren, de prins-bisschop van Luik en de hertog van Brabant, het begin van de zogenaamde tweeherigheid van Maastricht, die tot de Franse Tijd zou standhouden. In de twee eeuwen daarna werd Maastricht zeker zesmaal belegerd, een direct gevolg van de Luiks-Brabantse oorlogen. Maastricht heeft nooit stadsrechten in de zin van een stadsbrief gehad. Wel kreeg de stad in 1229 van hertog Hendrik de eerste van brabant toestemming om de bestaande aarde wal rond de stad te vervangen door een stenen stadsmuur. Deze eerste middeleeuwse stadsuur had een lengte van ongeveer 2,5 kilometer en telde dertien stadspoorten (inclusief waterpoorten). De Helpoort is de enige poort van deze verdedigingsgordel, die de eeuwen heeft doorstaan. Wel zijn er nog grote stukken muur bewaard gebleven. Vanaf begin 14e eeuw werd een tweede muur gebouwd, waardoor de oppervlakte van de ommuurde stad verviervoudigde. In die tijd werd ook de muur om Wyck gebouwd, die ruim een kilometer lang was.
Het St.-Servaaskapittel was in deze periode verantwoordelijk voor het onderhoud en herstel van de oude (nog Romeinse?) brug en inde daartoe geld bij de passanten. Toen een processie in 1275 over de brug trok, bleek deze desondanks bouwvallig en stortte in, waarbij velen verdronken. In 1281 begon de bouw van een nieuwe brug, iets ten noorden van de oude. De huidige Sint-Servaasbrug is een sterk gewijzigd overblijfsel van deze 13e-eeuwse brug.
In de veertiende eeuw vond in het prinsdom Luik een burgeroorlog plaats, enerzijds tussen twee Luikse clans (Awans- en Warouxoorlog), anderzijds tussen de Luikse burgers en hun prins-bisschoppen. Deze laatsten handelden vaak uit eigenbelang, bevoorrechtten de adel en verwaarloosden het belang van de stedelingen. De Luikse ambachtsgilden kregen daar genoeg van en in 1307 barstte de bom. Een kerk waarin tweehonderd edelen hun toevlucht hadden gezocht, werd door de Luikenaren in brand gestoken (Sint-Maartensramp, 1312). Prins-bisschop Adolf van der Mark vluchtte naar Maastricht. Ook een latere opvolger, prins-bisschop Jan van Arkel, vluchtte in 1374 voor zijn onderdanen naar Maastricht, waarna de stad opnieuw werd belegerd door de woedende Luikenaren. Aan het beleg kwam pas een einde nadat de prins-bisschop de hulp had ingeroepen van paus Gregorius XI. In 1673, tijdens de Hollandse Oorlog, werd Maastricht belegerd en veroverd door Lodewijk XIV van Frankrijk. Aan het vertrek van de Fransen ging een chaotische periode en een winter vol ontberingen vooraf (Blokkade van Maastricht, 1814). Al op 1 augustus 1814 werd Maastricht hoofdstad van de nieuwe provincie Limburg in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.
Tijdens de Belgische opstand van 1830 bleef Maastricht, door de vasthoudendheid van garnizoenscommandant Dibbets, onder Nederlands bestuur. Na de Tweede Wereldoorlog nam de bevolking van Maastricht explosief toe, wat leidde tot de bouw van uitgestrekte nieuwbouwwijken, vooral ten westen van de Maas. Op 1 juli 1970 werden de gemeenten Heer, Amby, Borgharen en Itteren opgeheven en met delen van de gemeenten Meerssen, Bemelen en Gronsveld bij Maastricht gevoegd. De oppervlakte van de gemeente Maastricht nam op die datum toe van 3.500 ha. naar 5.900 ha. en het inwonertal steeg van 93.500 naar 112.500. Vanaf de jaren 1960 vond een sterke ontzuiling van de Maastrichtse samenleving plaats, waardoor de rooms katholieke kerk veel invloed verloor.
Vikingen in Maastricht:
Het nog onduidelijk wie in 881 de machtigste was in Maastricht en de omgeving daarvan. In het jaar 870 was bij de verdrag van Meerssen in delen verdeeld door ene Karel de Kale uit west-Francie en Lodewijk de Duitser van Oost-francie, in het verdrag werd een stuk van Maastricht aan de oost- francien gegeven. Het is nog niet geheel duidelijk of daarmee de hele stad of slechts een deel van de stad naar de oost-francien werd toegewezen. Toen Maastricht haar grens opschoof naar de Schelde onder leiding van het verdrag van Ribemont. De rol van leenmannen zoals Giselbert en diens zoons is nog deels onduidelijk. Maastricht werd jaren later als het heilige Roomse rijk, maar de Luikse bisschoppen hadden nog steeds veel invloed. De belangrijkste bron van die eeuw (9de eeuw) heette Annales Fuldenses. Deze maakte meldingen van plunderingen van Vikingen en Noormannen in de angstaanjagende vikingschepen. Dat gebeurde vanaf 830 in onder andere dorestad, Antwerpen en Witla. In het jaar 847 overvielen de grote Vikingleiders: Godfred haraldson en zijn neefje Rorik de grote handelnederzetting, Rorik ontving Dorestad in leen jaren later. In 863 hadden Vikingen het Rijnland ook nog geplunderd. 9 jaar later was er een ontmoeting tussen Karel de Kale en de Vikingleiders. In 879 voeren de Denen onder leiding van Godfried en iemand genaamd Segefred de Schelde op. In begin 880 was de overwinning voor Lodewijk lll de Jonge op de slag met de Vikingen in de slag van Thimeon. In 881 versloeg hij zelfs ook nog de Fransen vikingleger. Daar a was Maastricht ook aan de beurt. Maastricht werd toen “fort Maastricht genoemd”. Regina van Prüm gebruikte dezelfde term over Maastricht in de gebeurtenissen in 881. Mensen vermoeden dat het Romeins Castellum zichtbaar was in het stadslandschap. Archeologen hebben geen brandsporen of opgravingen gevonden.
Monumenten:
Er zijn natuurlijk ook tal van mooie plekken in Maastricht die je gezien moet hebben. Met natuurlijk de bekendste van allemaal; het Vrijthof. Een prachtige plek om rond te lopen en om aan de rand in een van de vele restaurantjes even uit te rusten en iets te drinken. Het Vrijthof bestaat al erg lang, en dient als voorplein van de Sint-Servaasbasiliek.
Iets anders wat je niet moet missen als je in Maastricht bent, is het Fort Sint-Pieter. Dit Fort werd aan het begin van de achttiende eeuw gebouwd om de stad in de toekomst te beschermen tegen aanvallen van de Fransen. Het beheer van het fort is sinds 2009 in handen van Natuurmonumenten. Onder de leiding van Natuurmonumenten is het fort gerestaureerd en gedeeltelijk terug in originele staat gebracht.
Een ander mooi bouwwerk in de stad, is het stadhuis. De bouw van het stadhuis is begonnen in 1659 en het was klaar in 1684, ook al was het stadhuis al open sinds 1664. Het stadhuis staat midden op de markt en heeft een prachtige 18e eeuwse inrichting. Het gebouw is een ontwerp van Pieter Post en is compleet bekleed met natuursteen, wat het een unieke uitstraling geeft.
Sint-Servaasbasiliek:
De bouw van deze romaanse kerk vond plaats in drie verschillende fases. In de tweede helft van de 10e eeuw werd de kerk van toen tot op de grond gesloopt en werd het terrein waar de kerk op staat opgehoogd en gelijk gemaakt, waarna de bouw van de nieuwe kerk begon. Van de kerk die daarna gebouwd werd staan nog grote delen overeind, waarvan onder andere het middenschip. Toendertijd was dit allemaal gedeeltelijk gebeurd onder pastoor Gedulfus, die ervoor had gezorgd dat de westkant erg mooi is geworden. In 1039 werd die kerk ingewijd door 12 bisschoppen met de aanwezigheid van keizer Hendrik de derde.
Nadat de Romaanse kerk klaar was, werd de kerk nog verschillende keren verbouwd en aan de ‘mode’ van die tijd aangepast. Eind 12e, begin 13e eeuw werd aan de zuidkant het bergportaal gemaakt, wat waarschijnlijk de eerste uiting was van gotiek in Nederland.
De katholieke kerken zijn best makkelijk te onderscheiden tegenover de protestantse kerken, want de protestanten luisteren naar de bijbel alleen, en de Rooms-katholieken luisteren naast de bijbel ook naar wat de pastoor hun zegt en tradities. Een ander duidelijk verschil is dat de protestanten geen beelden in hun kerk hebben en vereren geen heiligen. Rooms-katholieken vereren niet alleen God, maar ook Maria en andere heiligen.